Grammatica

  • UITLEG : meervoud
  • 1. meervoud 1
  • 2. meervoud 2
  • 3. meervoud 3
  • 4. meervoud 4
  • 5. meervoud 5
  • 6. meervoud 6

  • UITLEG : vragende woorden
  • 7.vragende woorden 1
  • 8.vragende woorden 2
  • 9.vragende woorden 3
  • 10.vragende woorden 4

  • UITLEG : hoofdletters
  • 11.hoofdletter 1
  • 12.hoofdletter 2

  • UITLEG : then / than
  • 13.then / than 1
  • 14.then / than 2
  • 15.then / than 3

  • UITLEG : veel / weinig
  • 16.veel / weinig 1
  • 17.veel / weinig 2
  • 18.veel / weinig 3
  • 19.veel / weinig 4

  • UITLEG : there / they're / their
  • 20.they're of there of their 1
  • 21.they're of there of their 2
  • 22.they're of there of their 3

  • UITLEG : there is / there are
  • 23.there is of there are 1
  • 24.there is of there are 2

  • UITLEG : where / were / wear / we're
  • 25.where / were / wear / we're 1
  • 26.where / were / wear / we're 2

  • UITLEG : persoonlijke voornaamwoorden
  • 27.persoonlijke voornaamwoorden 1
  • 28.persoonlijke voornaamwoorden 2
  • 29.persoonlijke voornaamwoorden 3
  • 30.persoonlijke voornaamwoorden 4
  • 31.persoonlijke voornaamwoorden 5